HOE CREËER JE NA DE SCHEMER EEN NIEUW GEZICHT VAN DE STAD?
Het gebruik van licht bij het vormgeven van het imago van steden (ook voor marketingdoeleinden) is geen nieuw fenomeen, hoewel ongepland en conceptueel gebruik van dit hulpmiddel bepaalde gevaren kan inhouden. Het beeld van de stad bij nacht is een van de zeer belangrijke elementen die bijdragen aan het creëren van de identiteit en identificatie van de stad. De Amerikaanse architect Kevin Lynch deed intensief onderzoek naar de structurele relaties in steden, hun aanwezigheid en probeerde uit te leggen hoe mensen zich in stedelijke agglomeraties oriënteren en wat ze zich herinneren als ze deze verlaten.
Het resultaat was de inventarisatie van de basiselementen van de ruimtelijke structuur van de stad die uit dit onderzoek naar voren kwamen: communicatieroutes, gebieden, grenzen, brandpunten, pleinen en kenmerken van een bepaalde stad (karakteristieke gebouwen).
Het doel van het Masterplan is om al deze stedelijke elementen te identificeren en met licht (zowel decoratief als functioneel licht) hun belang te benadrukken bij het creëren van een nachtelijk, ordelijk beeld van de agglomeratie.
Gebaseerd op de 10 regels van Studio DL voor het maken van verlichtingsmasterplannen voor steden, onder andere gemodelleerd naar: gebaseerd op de uitspraken van Kevin Lynch, presenteren we hieronder de taxonomie volgens: waar het eerste deel van de Masterplan-ontwikkeling wordt uitgevoerd.
Communicatieroutes/Wegen (1) Volgens Kevin Lynch zijn wegen tunnels waar waarnemers van de stad doorheen reizen. De overeenkomst van de visuele hiërarchie met de functionele hiërarchie, de esthetische en topografische kwaliteit en de oriëntatie in het stratensysteem moeten herkenbaar zijn. De verschillen tussen functionele communicatieaders en representatieve straten moeten zichtbaar zijn door verschillende hoogtes van de lichtbron, afstanden van masten en hun verhoudingen.
Gebieden/Plaatsen/Focal Points (2) Pleinen en Focal Points zijn plekken waar straten samenkomen, verschillende functies in de ruimte geconcentreerd zijn en een unieke sfeer heerst. Ze spelen een belangrijke rol in stedelijke agglomeraties. Deze gebieden moeten passende verlichting krijgen, die overeenkomt met de functie van een bepaalde ruimte, waarbij rekening wordt gehouden met de invloed van stoffen rond het plein, kleine architectuur en vegetatie en rekening wordt gehouden met de richtingen van waarnemingen in de context van de stad.
Kenmerken/onderscheidende gebouwen (3) Gevels van gebouwen in representatieve, centrale delen van steden moeten tijdens de drukke verkeersuren ’s nachts enigszins worden verlicht. Herkenbaarheid van het karakter van de stad is een belangrijk kenmerk dat de toeschouwer helpt bij de oriëntatie. Individuele belangrijke objecten spelen een bijzondere rol bij het creëren van de identificatie van steden. Verticale, koude verlichting van gebouwen, in contrast met horizontale, warme straatverlichting, garandeert een snelle leesbaarheid.
Grenzen (4) Om het nachtbeeld van het stadscentrum zijn identiteit te laten benadrukken, moeten de grenzen ervan worden gemarkeerd en benadrukt. Na de afschaffing van de verdedigingsmuren in steden en het wegvallen van toegangspoorten zijn er geen duidelijke en zichtbare ingangen meer naar steden. Bij zorgvuldige observatie en analyse van het centrum kan men echter in elke stedelijke agglomeratie bepaalde elementen opmerken, zoals bruggen, karakteristieke gebouwen of architectonische entrees die het begin van de stad vormen. Deze elementen moeten een andere lichtkleur of -intensiteit hebben en de sfeerverlichting moet worden uitgebreid naar de randpunten.
